WEERT - Een 36-jarige man uit Weert is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 120 dagen, waarvan 103 dagen voorwaardelijk. Daarbij moet hij een taakstraf van 240 uur uitvoeren. De man – die destijds in Ermelo woonde – maakte zich schuldig aan drugshandel en -bezit.

De man maakte zich tussen 1 juni 2023 en 30 augustus 2023 schuldig aan het handelen in drugs. Dit deed hij in Bunschoten-Spakenburg en op meerde plaatsen in Gelderland. Daarnaast trof de politie na zijn aanhouding meerdere soorten drugs aan op zijn kamer.

In stand houden drugscriminaliteit

Het is algemeen bekend dat drugsgebruik schadelijk is voor de gezondheid. Bovendien gaat drugshandel vaak samen met andere vormen van criminaliteit en zorgt het voor overlast voor de samenleving. Met de drugshandel draagt de man bij aan het in stand houden van deze criminaliteit. Dat rekent de rechtbank de man aan.

Lesje geleerd

In het voordeel van de man weegt de rechtbank mee dat hij na zijn aanhouding direct openheid van zaken heeft gegeven. Ook heeft hij oprecht spijt en ondervond hij de negatieve gevolgen van zijn handelen. De rechtbank heeft de indruk dat de man zijn lesje heeft geleerd. De man heeft op dit moment zijn leven weer op orde. Een langere onvoorwaardelijke celstraf dan de man al in voorarrest heeft uitgezeten vindt de rechtbank niet wenselijk. Daarom legt ze naast de gevangenisstraf de maximale taakstraf op van 240 uur.

Dagvaarding voldoet niet

Het Openbaar Ministerie verdacht de man ook van wapenbezit. In de tenlastelegging ontbreken de woorden 'heeft gedragen'. Volgens de rechtbank vormen deze woorden een essentieel onderdeel van de klaarblijkelijk bedoelde tenlastelegging. Het ontbreken van deze woorden kan daarom niet als een kennelijke misslag worden aangemerkt. Door het ontbreken van de woorden wordt namelijk niet duidelijk welk handelen de man wordt verweten en waartegen de man zich moet verdedigen. De rechtbank verklaart daarom de dagvaarding op dit punt nietig. Dit betekent dat de dagvaarding ten aanzien van dit feit niet de inhoud bevat die de wet eist.

Geldbedrag verbeurd

De rechtbank verklaart de in beslag genomen gelden, waaronder een bedrag van 2.800 euro, verbeurd. Dit betekent dat de man dit gelbedrag kwijtraakt. Dat de man dit bedrag van zijn zwager zou hebben geleend - zoals hij tijdens zijn rechtszaak verklaarde – vindt de rechtbank niet aannemelijk.